Serc

Doorn

Geschiedenis

In een document uit de periode 885-896 wordt de nederzetting "Thorhem" genoemd, woonplaats van dondergod Thor (Groenedijk, 2000).

Vikingen gelegerd bij Dorestad, het huidige Wijk bij Duurstede, noemden de plaats zo omdat de dondergod er vereerd zou worden.

Inderdaad wijzen archeologische opgravingen in een heideveldje op het noordelijk van Doorn gelegen landgoed Hoog Moersbergen op resten van een heidense offerplaats.

De nederzetting Thorhem hoorde destijds bij de hof Villa Thorhem (Kolman, 1996). Rond 1200 was deze hof in het bezit van de Utrechtse domproost (voorzitter van een bepaalde raad binnen de kerk). Hij of een van zijn opvolgers liet er de (Sint-) Maartenskerk bouwen (tegenwoordig in handen van de Protestantse Kerk in Nederland) en in de 14e eeuw Huis Doorn.

Kasteel Moersbergen, dat in 1435 voor het eerst wordt genoemd, is vanaf de 17e eeuw meerdere keren ingrijpend verbouwd. In de 18e eeuw werd er op de heide langs de Amersfoortseweg wel wat gebouwd, maar door de omvang van het landgoed rond Huis Doorn kon het dorp zich niet goed ontwikkelen. Dat kon pas na 1874, toen het landgoed verkaveld werd.

Ook na de Tweede Wereldoorlog is het dorp sterk gegroeid.

Bekende inwoners

De beroemdste inwoner van Doorn is wellicht de Duitse keizer Wilhelm II, die in 1918 werd verbannen en zijn intrek nam in Huis Doorn. Hij woonde hier tot aan zijn dood in 1941 en ligt ook op het landgoed begraven. Huis Doorn is thans een museum.

Ook de schrijver Simon Vestdijk heeft een groot deel van zijn leven (1939-1971, afgezien van enkele onderbrekingen) in Doorn gewoond.

Maarten Maartens, in de jaren 1890-1910 een gevierd schrijver, liet in Doorn een kasteeltje bouwen: Zonheuvel. Tegenwoordig heet het kasteeltje Maarten Maartenshuis en maakt het deel uit van het Hotel-Conferentiecentrum Zonheuvel.

Maarten Maartenshuis